Als beginnend visser moet je bij de lijnkeuze die je maakt rekening houden dat je een niet te dunne lijn aanschaft omdat je anders de kans loopt door onervarenheid onnodig spinners en pluggen te verliezen het zij aan de bodem of (wat veel erger is) in de bek van een mooie snoek. Kies daarom ten minste voor een 30/00 nylon lijn of een 15 Lb. gevlochten lijn de zogenaamde Dynema lijnen. Een aanrader is de “Pike Tension” een lijn die ongeveer €75,- kost en 100% rond is.
Voorts is het verstandig als beginner om een stevig schepnet mee te nemen voor het geval je er onverwachts een kanjersnoek aan krijgt. De wat meer ervaren vissers nemen vaak al geen schepnet meer mee als ze de situatie aan het water kennen en passen bij een snoek de kieuw greep toe.
Voor het onthaken heb ik geen arterieklem maar een goede punt bektang die je in de gereedschapszaak koopt omdat die steviger is en een betere grip heeft als een arterieklem klem.Ook een goede kniptang is onontbeerlijk om bijvoorbeeld een haak door te knippen.
Een meetlint is ook altijd handig om de lengte van de vangst te meten en als laatste is het nog leuker om ook een fototoestel mee te nemen om thuis de kanjers te kunnen tonen. |
|
Als men vist, spelen verleden en heden geen rol. Andere mensen denken misschien: wat een zielenpoot, maar men wordt gelukkig van vissen. Ter illustratie een voorbeeld van een specifiek geluksmoment. "Het was in de zomer, aan het eind van de dag. De zon scheen nog wel, maar het licht was niet meer zo scherp. Het water was als een spiegel en had een prachtige roodachtige tint, die me deed denken aan de bergen van de Pyreneeën. Om me heen zag ik de hoge bomen rond het water. Ik stond in mijn visboot, in mijn eigen territorium waar niemand op mocht komen. Ik voelde de ruimte om me heen en mijn lichaam reageerde automatisch op de hengel met kunstaas. Vissen heeft iets meditatiefs. Een paar uur lang is er niets anders belangrijks, in een soort superconcentratie ben ik alleen maar met vissen bezig. Ik schat in waar de snoek tussen de waterplanten kan staan en waar ik een aanbeet kan verwachten. Ik ben helemaal in het moment, het verleden en toekomst spelen rol. Lichaam en geest zijn echt één en ik ben met mezelf. Mensen hebben het er altijd over dat het geluksmoment deelt met andere, maar ik denk dat je ze vaker alleen beleeft."
|
Naarmate de zomer vordert zal de laag warm water dikker worden en zal de snoek ook dieper weg trekken. Is in juni nog een diepte van 2 a 3 meter normaal voor de snoeken. In augustus kan de spronglaag makkelijk 6 meter dik zijn. De dikte van de spronglaag hangt ook af van de helderheid van het water. In heldere plassen zal de laag dikker zijn dan in troebele wateren. Dat komt doordat in troebel water het zonlicht, dus ook de warmte, niet doordringt tot grotere diepte en daardoor dus langzamer zal opwarmen. |
Als het buiten weer kouder gaat worden dan dat het water warm is dan zal de spronglaag weer langzaam aan dunner worden en tegen de winter zelfs helemaal verdwijnen. Daarom is het in de wintermaanden ook zo moeilijk om met kunstaas op diepe plassen snoeken te vangen. De snoek kan op 2 meter diepte zitten maar ook net zo makkelijk op 13 meter. Ook gaat de snoek trager worden en minder eten in de winter omdat zijn lichaamstemperatuur daalt tot slechts een graad of 5. Door zijn relatieve lage temperatuur in de winter verbrand een snoek dus ook weinig energie en zal aan 1 flinke aasvis in de paar dagen genoeg hebben om te overleven.
Als je een gevangen snoek goed wilt onthaken, kun je zijn ogen afdekken. Hij blijft dan namelijk stil liggen, wat het onthaken vergemakkelijkt. En minder beschadigheden aan de vis toebrengt. |